Een tuin die aangelegd is in 1905 heeft inmiddels iedereen die daarbij betrokken was overleefd. Een aantal oorlogen meegemaakt: twee warme en een koude. Kinderen van de familie Van Tets die er hebben gespeeld, mensen die er hebben gewandeld, stellen die er zijn getrouwd en nog steeds iedere dag weer mensen die van die tuin genieten.
De Dieptetuin in Zeist.
Een paar weken geleden nog mocht ik een nazaat van Van Tets rondleiden door de tuin en dit weekeinde was het het decor voor een jaarlijks terugkerend feestje: Damast aan de vijver. Dat zit zo.
Een jaar of zeven geleden besloot de gemeente Zeist te bezuinigen op openbare voorzieningen en een ervan was de Dieptetuin. Een monument maar geen zichtlocatie. De tuin zo beheerst verwilderen en de Heer zou zorgen voor de rest. Een aantal betrokkenen vond dat geen goed idee en er werd een stichting opgericht. De Vrienden van de Dieptetuin was geboren. Er kwam een bestuur en schrijver dezes werd voorzitter. Overigens wel met de waarschuwing dat ik graag met de gemeente in gesprek ging voor ondersteuning, maar dat ik geen gewas zou snoeien enzo.
In de jaren die volgden is de samenwerking met de gemeente tot stand gekomen en er is iets moois tussen gemeente en stichting ontstaan. Hét levende bewijs van de participatiesamenleving, zal ik maar zeggen. Alles bedacht en geïnitieerd door inwonenden. We hebben een beheerplan geschreven. Ik heb vaak bij de burgemeester aan tafel gezeten. De wethouders. De centrummanager. Enthousiast, doorzettend en doortastend. Er kwam geld voor onderhoud, de ommuring werd gerestaureerd, beregening werd aangelegd, de paden werden vernieuwd enzovoort, enzovoort.
Dat was niet de oorzaak van het succes maar een gevolg. Want wat gebeurde na oprichting van de stichting? Veel mensen gaven aan als vrijwilliger te willen helpen met het onderhoud. En zo is in de loop der jaren een kern ontstaan van tientallen vrijwilligers die meehelpen in het weer mooi maken en houden van de tuin. Snoeiend, maaiend, wiedend, taart etend, lol hebbend en wat er allemaal bij komt kijken. Een harde kern van mensen die inmiddels is uitgegroeid tot een vriendenclub. Week in, week uit zijn zij aan het werk om de boel mooi te krijgen en te houden. Nederland, Zeist zonder vrijwilligers zou een stuk minder plezierig en mooi zijn. Ook wordt er weer getrouwd in de Dieptetuin.
Eens per jaar verzorgt het bestuur voor die vrijwilligers een diner. Als grote dank. Wij zetten hen dan in het zonnetje. Wij koken dan voor hen en we bedienen hen. Altijd meerdere gangen. Een welkom met bubbels en een hapje, soep, een hoofdgerecht, een lekker dessert, koffie met chocolade en koekjes na en rijkelijk wijn voor wie wil. Ook dit weekeinde was het weer zover.
Ondanks alle vakanties waren er zo’n 25 vrijwilligers. De meesten met een zelfgemaakte hoed op het hoofd en enorm veel goede zin. Het was weer memorabel. De mensen zijn leuk en gezellig. Iedereen heeft een eigen verhaal. Over het leven, over het verleden, over de toekomst, maakt niet uit waarover. Het is een club vrijwilligers die ten diepste verbonden zijn met elkaar en met een klein stukje groen in Zeist.
We blijven dit nog jaren doen. Ik heb mazzel dat ik me hier voorzitter van mag noemen.
En ieder jaar verwacht ik inspector Barnaby die binnenloopt en mededeelt dat niemand weg mag omdat er een lijk achter de rododendrons is gevonden. Tot op heden nog niet gebeurd.