Vandaag de geboortedag van mijn vader. 101 zou hij nu zijn. Ik ben blij dat hij dit allemaal niet meemaakt. De winter gaat flink tekeer. Gisteravond is het gaan sneeuwen en het sneeuwt nog steeds. In een paar dagen tijd is er bijna dertig centimeter gevallen. Vannacht was het -13ºC. Ik kan me nog herinneren dat het jaren geleden zo koud was op wintersport in Les Ménuires. Wintersport, hoe lang ben ik er al niet geweest. Maar koud is het wel.
Woensdag 16 februari.
Vandaag wat hout naar binnen gehaald. De open haard draait overuren. Ik ben best trots op het feit dat ik een ombouw heb gemaakt met een warmtewisselaar zodat we toch gewoon kunnen douchen. De jongens zijn er blij mee. Ik weet nog dat we van het gas af moesten vorig jaar zonder dat ik direct een alternatief had. Geprobeerd zonnepanelen aan te schaffen maar er was schaarste. We staan op de wachtlijst dus ze komen wel maar geen idee wanneer. Dan maar zo. De jongens kunnen gewoon douchen en het huis is warm. De oudste had het zich wel anders voorgesteld ooit: studeren in Eindhoven, maar ze wonen beiden nog steeds thuis. Waarom zouden ze ook weg willen? Alle colleges nog steeds on line en mijn eten is top. En ik vind het top, iedereen dichtbij.
Donderdag 17 februari.
Gisteravond de persconferentie. Rutte deed het weer goed. Na de verkiezingen van vorig jaar is er een rust over de politiek gekomen. De vier doen het goed samen. En de rest van de partijen heeft het nauwelijks gered. Milieu bleek niet echt nog meer een item te zijn omdat de lucht schoon was en we na de ramp in Rusland sowieso van het gas af moesten. En alle extremistische partijen zijn gereduceerd tot splinters. Was ik erg blij mee. Gewoon ouderwetse partijen die gedegen politiek willen bedrijven. Ik had al niks met die politieke toeristen.
Maar het blijkt ook dat er nog steeds nieuwe gevallen zijn. Volgens mij is de gemiddelde leeftijd in Nederland flink gedaald maar dat weet ik niet eens zeker. Ik volg de cijfers al lang niet meer. De IC’s zijn en blijven op sterkte en dat is goed. Vorig jaar ging het allemaal best prima tot iedereen weer ging reizen. Wij niet, althans niet ver. Frankrijk was weer top maar we mochten nauwelijks het huis uit. Wel boodschappen en dan weer snel terug. Maar met elkaar lekker eten en drinken en spelletjes doen was lekker. 1300 kilometer in de auto was wel een gedoe, vooral onderweg. Om de beurt naar de plee langs de poortjes met UV. Na mei vorig jaar zijn we gewoon niet meer weg geweest.
Dat iedereen weer ging vliegen heeft ons de das omgedaan. Met alle toeristen die terugkwamen uit de VS en Afrika waren we weer terug op het niveau van november 2020. Dat was dikke shit.
De persconferentie leverde trouwens weinig nieuws op. De nieuwe voorraad mondkapjes wordt vanaf morgen weer aan huis afgeleverd, dus we kunnen weer boodschappen doen. Verder veel video met de vrienden en vooral vanuit huis werken.
Vrijdag 18 februari.
Uitgeslapen want geen vroege vergaderingen. Ik kijk uit naar morgen want dan hebben we de wekelijkse vriendenborrel. Die wordt steeds uitgebreider. Ieder van ons kookt een gang en die leveren we bij elkaar af en dan met elkaar eten en drinken en vooral zeiken over elkaars eten. “Beetje boers”, “iets teveel Ottolenghi” etc etc. Erg leuk en we worden steeds creatiever. Zelf nu in het derde jaar lock down blijven we met elkaar optrekken en dronken worden.
Het is weer een koude dag. De hemel is helderblauw na de afgelopen dagen sneeuw. De laatste jaren lijkt de lucht toch veel blauwer dan ik me kan herinneren in mijn leven. Ik zal het me wel verbeelden.
Zaterdag 19 februari.
De bezorging van de groothandel is net weg. Ik heb weer alles in huis. Eten en drinken. Ik ga zo buiten op hout koken want ik heb de gasflessen nog niet omgeruild. Ik mag pas volgende week. Het went, dat koken op hout. Het is wel koud maar daar kun je je op kleden. Alles krijgt een lekkere rooksmaak. Das ook het nadeel trouwens. Vanavond maak ik het tussengerecht. Lekkere risotto met truffel. Hoe we het land op afstand laten werken blijft een wonder. Ik heb gewoon verse truffel en een topwijn erbij. De ongemakken zijn klein.
Waar ik blij mee ben is dat mijn boekhandel er nog steeds is. De enige nog in het dorp. De rest is failliet gegaan. Veel winkels zijn sowieso verdwenen maar er zijn er ook veel bijgekomen. Online shops hebben nu een eigen afhaalplek in het dorp. Er zijn afhaalrestaurants die goed draaien en ook thuis bezorgen. We zijn met elkaar heel creatief geworden met elkaar. Maar sneu is het wel voor de rest. We hebben hier in het dorp een aantal anderhalvemetercafé’s gelukkig. In een ervan, ‘5 feet down’, kom ik af en toe met de mannen. Wel spaarzaam want voor ik het weet zijn mijn tokens op en dan moet ik weer maanden wachten.
Zondag 20 februari.
Op de BBQ croissants gebakken! En ze zijn weer gelukt. Krant lezen en dan ga ik de familie maar eens wakker maken. Weer een zondag als alle andere. Wandelen, genieten van de natuur want ook vandaag is het snerpend koud én heel helder. Even naar de Mariakapel om een kaarsje te branden voor de doden. Blijf ik doen. Vroeger deed ik dat in Kevelaer maar dat kan niet meer. Ik ben benieuwd wanneer Duitsland weer opengaat. Ik mis de zult.
Afgelopen week heb ik een familielid begraven. De tijd ligt niet zo lang achter ons dat we dan met elkaar naar een begraafplaats gingen, stonden te wachten in een hal voor we naar binnen mochten en dan een uur aanwezig waren bij de afscheidsdienst. Daarna nog bijpraten in een zaaltje en dan weer naar huis.
Dat is nu toch een beetje anders. Er mochten maximaal 30 mensen aanwezig zijn en dit familielid had een grote familie. Dat betekende dat ik kon inloggen op een site om live mee te maken wat er gebeurde. En dat is best vreemd.
Om een aantal redenen.
Allereerst ben je na een week of zeven online vergaderen en meeten gewend dat je camera aanstaat en dat je gezien en gehoord wordt. Dat is nu helemaal niet het geval terwijl je echt heel keurig stil blijft zitten met de camera aan, maar je microfoon uit. Hoe we in korte tijd nieuwe gewoonten ontwikkelen.
Daarnaast mis je de mensen om je heen. Een lachje, een knikje, even je hand op een schouder leggen ter troost. Het is er allemaal niet. Gewoon vanachter mijn tafel waar ik de ochtend werkte en na de dienst weer verder zou gaan keek ik toe. Vanuit allerlei hoeken ook nog eens. Waar je in aanwezigheid aan je stoel bent gekluisterd, krijg je nu allerlei camerastandpunten. Je ziet echt alles.
Je mist ook de sfeer van een aula. Niet dat dat mijn favoriete plek is, maar bij een begrafenis maant een aula je tot nederigheid en aandacht. Al in de auto naar de begraafplaats toe verandert je gesteldheid, je gemoed. De wandeling naar de aula maken je nog bewuster van de eindigheid van het leven. Je bent er niet voor jezelf en je wilt zo ingetogen als mogelijk afscheid nemen.
En als laatste de muziek en de toespraken: in een aula zit je daar als het ware middenin en achter je laptop niet.
En toch was het een mooie dienst zo van een afstand. De muziek klopte volkomen. Er werden herinneringen opgehaald die ik volkomen herkende. De overledene kwam helemaal aan bod. Mooi, open en eerlijk. Het was niet altijd een makkelijk mens en dat kwam naar voren. De ruwe bolster, blanke pit. De grote mond en talloze onafgemaakte projecten. Eerlijk en met liefde gebracht. Met humor ook.
Na een klein uur was het voorbij. De mensen verlieten de aula langs de kist. Sommigen legden hun hand erop, anderen liepen snel door. Ieder op de eigen manier.
En wat er toen gebeurde..
En wat er toen gebeurde heb ik met dubbele gevoelens gadegeslagen. Bij een normale uitvaart verlaat je de zaal en mogen de meest intieme relaties nog even achterblijven om in stilte afscheid te nemen. Dat werd eveneens integraal uitgezonden. En dat was best gek. Ik zag mijn familie opstaan en elkaar bij de kist troosten. Even de bloemen verleggen. Met elkaar praten. Armen om elkaar heen geslagen. Heel de intimiteit van dat moment werd openbaar. Ik vond dat aan de ene kant voyeurisme dat niet kies was.
En toch stopte ik niet met kijken.
Want er was ook een opmerkelijk positieve kant aan: ik voelde op dat moment hoezeer je via videobegraven bij de levenden betrokken bent. Veel meer dan normaal. Normaal ben je er voor de dode om afscheid te nemen met respect. Maar omdat er zoveel techniek zit tussen wat er in een aula gebeurt en jou als kijker ontbreekt die intimiteit volkomen. Wat je wel meekrijgt zijn alle beelden van de aanwezigen. Volop. Alles en iedereen zie je en daarmee ben je meer met hen bezig dan in een normale setting.
En die laatste minuten zag ik de mensen van wie ik hou in al hun kwetsbaarheid bij de kist staan, bloemen verleggend, de kist aanrakend, strelend, elkaar aanrakend. Dat was ontroerend mooi. Iets wat je verder niet ziet in normale omstandigheden.
Overigens ben ik van mening dat de uitzending moet stoppen als iedereen de aula verlaat. Dat is toch de betere optie.