• Over

Dick Koopman

~ Durf te denken

Dick Koopman

Maandelijks Archief: maart 2020

Zaterdag in Carcès, deel 2

31 dinsdag mrt 2020

Posted by Dick Koopman in leven

≈ Een reactie plaatsen

Tags

Carcès, zaterdagmarkt

(Droomblogs in een coronacrisis. Vervolg op deel 1)

Rechts op de Avenue Ferrandin is een aantal huizen. In één ervan woont de pastoor. Ik hoop hem nog even tegen te komen want het is een apart geval, onze pastoor. Jaren geleden was de kerk zo goed al leeg en toen kwam hij in het dorp. Abbé Augustin Gempp heet hij, een nog jonge vent. Groot en breed en altijd in soutane. En getooid met een zonnebril. Oranje of roze. Hij is zeer zichtbaar in het dorp. Hij is er altijd, wandelend, pratend met iedereen. Sinds hij er is zit de kerk weer redelijk vol. Best bijzonder wat een mens kan doen met en voor anderen.

Ik loop verder en zie rechts de plataan met het ingegroeide bord van een oliemerk, Kervoline. Stamt uit de jaren 30 en is dus in 90 jaar voor een groot deel opgeslokt door de plataan. Links is de weg het dorp weer uit, richting Le Val en Brignoles. Rustig nog. Hoe anders is deze weg als er ’s zomers kermis is! Dan loopt iedereen uit om ’s avonds eendjes uit het water te halen of te schieten op ballonnen.

De markt komt dichterbij. Het is nog helemaal niet druk. Langs de weg is een beperkt aantal auto’s illegaal geparkeerd. Dat wordt de komende uren anders. De markt van Carcès heeft een regionale functie. Veel lokaal bezoek en niet al te veel toeristen komen hier. De sfeer is altijd top en heel erg Frans. Hier kom ik graag vroeg mijn bed voor uit.

Op de hoek is een opvallende Française bezig met het opbouwen van haar stand met goedkope bloesjes en broeken. Zij staat hier net zo lang als ik hier kom, en ik begin mijn wandeling over de markt altijd hier. Naast de matrassenman. Verkoopt dat nou een beetje kun je denken. Het antwoord is ja, volgens hem. Een matras gaat niet eeuwig mee en hij gaat van markt naar markt. Verdient zo zijn geld.

Ik loop verder en ruik al een van de redenen om hier vroeg te komen: kip!

Ik weet niet eens of ik de kip nou echt superlekker vind maar daar gaat het niet om. Het gaat, om het maar eens modern te zeggen, om de beleving. Het hoekje om en daar sta ik in de rij. Er staan zo’n vijf mensen voor me en die bestellen van alles. Op dit moment is er namelijk nog niets klaar. En dus bestel je iets voor later. Ik ben aan de beurt en bestel een poulet fermier, een grote boerderijkip. Erbij kun je een barquette met gebakken piepers bestellen. Superlekker maar ik weet ook dat je je aderen voelt dichtslibben als je die eet. Die liggen namelijk de hele ochtend onderaan het grote spit te sudderen in al dat kippevet. Wat ik zeg: erg lekker maar moddervet. Ze verkopen nog veel meer. Hammetjes, poulet au riz, paella en veel soorten worst.

Rond 11.30 kan ik mijn kipje komen afhalen. Dat is mooi want dan heb ik een reden om terug te moeten naar de markt.

Die kip ga ik gebruiken om lekker te lunchen. De avondmaaltijd weet ik al: pizza bij Seb. Lunch met kip is heerlijk maar wat verse groenten erbij maakt het een tikkie gezonder. Dus loop ik door.

Het gekke is dat ik langs allerlei groentekraampjes loop zonder iets te kopen. Op weg naar die ene aan het einde van de markt. Ik denk dat iedereen dit zo doet. Ook staan er twee kippeboeren, maar ik koop altijd kip bij de ene en niet bij de andere. En geloof me, de kip is net zo lekker. In de loop der jaren heb ik zo mijn gewoontes. En dus loop ik de groenteboeren voorbij.

Links is het terras van Bar Le Central, daar kom ik zometeen wel terug. Net als de kerk achter de kraam met allerlei kruiden, pesto’s en olijven. Ook daar kom ik nog terug.

De straat loopt hier omhoog. Vlaggetjes hangen boven de straat, de zon schijnt, er is geroezemoes en gebabbel en ik ben gelukkig. Rechts in de Rue Maréchal Foch zit de bakker. De rij staat buiten, veelal oude dorpsbewoners. Ik loop naar binnen en de bakkersvrouw reageert verheugd: daar ben ik weer! Hoe lang ik blijf en of de baguette en de restau goed doorbakken moeten zijn of juist een beetje blond. Voor de jongste zoon neem ik een morceau pizzá fromage mee.

Het leven kan zo simpel zijn. Even je gezicht laten zien bij de kippenboer, de bakker, herkend worden, even kletsen en ik kan weer aarden. Een mens heeft niet veel nodig om gelukkig te zijn. Kleine dingetjes, gekoesterde routine. Heerlijk. Zo kom ik ook de bakker uit.

Nu nog tomaten en komkommer halen voor de lunch. In deze straat was tot voor enige jaren een groenteboer, een goede met goede producten. De man was inmiddels wat ouder aan het worden, de handel liep terug doordat ook de dorpsgenoten naar de Hypermarché gingen en hij had geen opvolger. Hij stopte en een tijd zaten we zonder. Maar zoals altijd komen er dan nieuwe initiatieven. Marie kwam. Met de beste groenten uit de buurt zo zei zij. En Marie heeft nu een levendige handel, tegenover de voormalige groenteboer.

Ik koop de lekkerste tomaten die je kunt hebben: Coeur de Boeuf. Hoewel je deze ook in Nederland kunt kopen zal de smaak niet eens in de buurt komen van deze Franse. Deze zijn zoet als pruimen en met een beetje peper en zout op een stuk brood is het een hemels gerecht.

Ik reken af en moet nog even één man een hand geven voor ik terugloop richting kerk en café.

Nog één man.

Word vervolgd.

Zaterdag in Carcès, deel 1

27 vrijdag mrt 2020

Posted by Dick Koopman in leven

≈ 1 reactie

Tags

Carcès, Var

(Droomblogs in een coronacrisis).

Carcès à visiter (83) | Provence 7

Vannacht aangekomen na een goede rit uit Nederland. Koffers uitgepakt en om drie uur lagen we in bed. Het is nu even na achten en heel zachtjes stap ik uit bed. Ik ruik door de openstaande ramen achter de blauwe luiken Frankrijk.

Toen we vannacht bij Brignoles de snelweg afreden was het aardedonker. De vijftien kilometer naar ons huis deden we, zoals altijd, alle raampjes open. De geuren van de Var, het kruidige, het aardse in de lauwwarme lucht was weer heerlijk. Muziek: Destination Ailleurs van Yannick Noah bijvoorbeeld. Of Zaz. Of om mijn oude ziel te pleasen: Joe Dassin met L’Équipe a Jojo. Franse muziek, ’s nachts rijden.

Bochtje links het dorp in, rechts de Hypermarché, langs het bejaardenhuis, rechts beetje door onder de platanen, bruggetje over, en dan nog 737 meter naar Le Sommet, ons huis. Huisnummer 737.

Gelukkiger dan dat, wordt het zo’n nacht niet.

Maar goed, het is nu even na achten en ik sta onder de douche. En natuurlijk heb ik vannacht niet de knop omgezet dus ik moet koud douchen. Ben ik ook gelijk wakker. Na het douchen en scheren even de kelder in om de knop wel om te zetten. Ik kleed me aan, kijk even bij de zonen die in diepe slaap zijn, pak een tas en ga de deur uit.

De hemel is blauw. Het wordt een mooie dag. En alweer die geuren. Ik loop het hek uit en ik ga de berg af. Het is bijna twee kilometer naar het dorp en de wandeling naar beneden is altijd een makkie. Terug doe ik in Duits marstempo. Maar dat duurt nog een uur.

Eerst langs de buurman met de honderd honden. Nee, het zijn er geen honderd maar wel veel. Eerst zaten ze aan onze kant van zijn huis. Als ze blaften kwam hij naar buiten, hard schreeuwend. Pute, merde, con en iets dat op Mímí lijkt. Weet ik veel. Mijn vriend, de kunstenaar waarover later meer, zei al: hij werkt in de wijnbouw, ruige schreeuwerd maar verder ok. We zijn toch maar gaan praten en nu zitten zijn honden achter het huis en is het stil.

Het steilste stuk heb ik achter de rug als ik linksaf ga langs het huis van de dokter, Keutchayan. Ik heb me daar ooit gemeld met een ontsteking. Hij vroeg een en ander, keek en schreef een recept uit. Nu was ik die kleine receptenbriefjes uit Nederland gewend maar van hem kreeg ik twee A4’tjes! En bij de pharmacie kreeg ik alles netjes mee, tot aan hormooncrème toe.

Maar daar had ik het niet over. Ik loop dus langs het huis van de dokter. Een groot huis met een keurig aangelegde tuin en en voorname hond. Een aardig beest dat altijd verbaasd kijkt en nooit blaft.

Hoe anders is dat bij de volgende voisins: twee luid blaffende grote honden die geagiteerd achter het hek rondspringen. Zonder hek zaten ze al lang bovenop me. Ik ben er ooit gestopt en toen heb ik de beesten rustig toegesproken. Dat het zinloos was al dat geblaf en dat ik er niet van onder de indruk raakte. Een tweetal dagen zijn ze stil gebleven. En toen begon het weer.

Ik loop door.

Interessant is het dat ik op een deel van de route naar Santiago de Compostella loop. Dat zag ik eens bij toeval op een kaartje van de omgeving. Dat vind ik erg stoer. Ik loop dus al 18 jaar een kilometer van de route. Niet dagelijks maar toch zo’n 50 dagen per jaar. Heen en weer. Dat is toch 1800 kilometer. Een mooi resultaat.

Onderaan de berg wonen twee zussen. Oudere dames met wit haar. Beiden een eigen huis met een stuk grind ertussen. Ze doen heel veel samen. De oudste van de twee heeft een tijd in Engeland gewoond en oogt ook meer Brits dan Frans. We groeten elkaar, zoals altijd.

Ik kan nu kiezen. Ik neem de korte route langs de school, brug over de river en dan rechtsaf óf ik neem de langere, linksaf langs de camping, onder de platanen door. Ik ga links. De Caramy stroomt heel relaxed op deze mooie ochtend en als ik de Avenue Ferrandin oploop zie ik de platanen. Groot, scheefgegroeid, veel schaduw en koelte leverend. Prachtig zo zonder verkeer.

De bocht door langs Le Hameau de Carcès, een van de vele wijnproducenten in het dorp en de streek. Aan mijn linkerkant het hek van de lokale pizzaman, Les Chineurs. Patou en Seb zijn inmiddels semivrienden geworden. Grote kussen, goed plekkie om te eten en altijd, altijd vriendelijk. Seb had jaren geleden keelkanker. Behandeld, bestraald en weer aan het werk. Ik zie dat hij al in het restaurant is en ik loop even naar binnen. Hij is aangekomen, wat een goed teken is. Hij oogt ook weer sterk. Omhelzing, goed dat ik er weer ben en of ik vanavond kom eten. Lijkt me een goed plan en dus reserveer ik.

In de verte, aan het eind van Avenue Ferrandin zie ik de reden van deze vroege zaterdagse wandeling. Mijn persoonlijke plezier om in mijn eentje, met het geruis van twaalf uur rijden nog in mijn oren en de naweeën van kramp in mijn linkerkuit, vroeg op de staan en te wandelen. Mijn Frankrijk, mijn miniatuurgenoegen zonder weerga.

De zaterdagmarkt.

(word vervolgd)

Abonneren

  • Berichten (RSS)
  • Reacties (RSS)

Archief

  • februari 2023
  • januari 2023
  • december 2022
  • november 2022
  • oktober 2022
  • september 2022
  • augustus 2022
  • juli 2022
  • juni 2022
  • mei 2022
  • april 2022
  • maart 2022
  • februari 2022
  • januari 2022
  • december 2021
  • november 2021
  • oktober 2021
  • september 2021
  • augustus 2021
  • juli 2021
  • juni 2021
  • mei 2021
  • april 2021
  • maart 2021
  • februari 2021
  • januari 2021
  • december 2020
  • november 2020
  • oktober 2020
  • september 2020
  • augustus 2020
  • juli 2020
  • juni 2020
  • mei 2020
  • april 2020
  • maart 2020
  • februari 2020
  • december 2019
  • november 2019
  • oktober 2019
  • september 2019
  • augustus 2019
  • juli 2019
  • juni 2019
  • mei 2019
  • april 2019
  • maart 2019
  • februari 2019
  • januari 2019
  • december 2018
  • november 2018
  • oktober 2018
  • september 2018
  • augustus 2018
  • juli 2018
  • juni 2018
  • mei 2018
  • april 2018
  • maart 2018
  • februari 2018
  • januari 2018
  • december 2017
  • november 2017
  • oktober 2017
  • september 2017
  • augustus 2017
  • juli 2017
  • juni 2017
  • mei 2017
  • april 2017
  • maart 2017
  • februari 2017
  • januari 2017
  • december 2016
  • november 2016
  • oktober 2016
  • september 2016
  • augustus 2016
  • juli 2016
  • juni 2016
  • mei 2016
  • april 2016
  • maart 2016
  • februari 2016
  • januari 2016
  • december 2015
  • november 2015
  • oktober 2015
  • september 2015
  • augustus 2015
  • juli 2015
  • juni 2015
  • mei 2015
  • april 2015
  • maart 2015
  • februari 2015
  • januari 2015
  • december 2014
  • november 2014

Categorieën

  • Autonomie
  • Brexit
  • Burger serieus nemem
  • Burger serieus nemen
  • Commissie Stiekem
  • Communicatie
  • crisis
  • culinair
  • de open samenleving
  • deeleconomie
  • Durf te denken
  • economie
  • Europa
  • Fatsoen
  • filosofie
  • Geen categorie
  • GeenPeil
  • Grexit
  • griekenland
  • Gutmensch
  • Klant centraal
  • leven
  • Lezen
  • Literatuur
  • Maatschappij
  • Management
  • Marketing
  • mensbeeld
  • nationalisme
  • New Business
  • Ondernemen
  • Onderwijs
  • organisaties
  • Parijs
  • PEGIDA
  • politiek
  • Politiek correct
  • Populisme en de Grondwet
  • referendum
  • religie
  • Retail
  • seculaire religie
  • terreur
  • Toeristen
  • Turkije
  • twitter
  • Verlichting
  • vluchtelingen
  • Zwarte Piet

Meta

  • Registreren
  • Inloggen

Blog op WordPress.com.

  • Volg Volgend
    • Dick Koopman
    • Doe mee met 44 andere volgers
    • Heb je al een WordPress.com-account? Nu inloggen.
    • Dick Koopman
    • Aanpassen
    • Volg Volgend
    • Aanmelden
    • Inloggen
    • Deze inhoud rapporteren
    • Site in de Reader weergeven
    • Beheer abonnementen
    • Deze balk inklappen
 

Reacties laden....