Tags

, , , , , ,

Het zijn moeilijke tijden voor de bevlogen medemens. Bij wie kun je nog terecht voor een sociaal genuanceerd geluid. Bij  wie met je overtuiging dat er altijd mensen zullen zijn die het zelf niet redden. En voor wie dus moet worden gezorgd. Kortom: waar kun je terecht voor een ouderwets sociaal democratisch geluid?

Het was ooit, hoe lang geleden lijkt dat al weer, heel duidelijk: de PvdA. Daar moest je zijn. Een grote partij met het hart op de juiste plek. Een partij met een rijke traditie opgericht om arbeiders aan een betere toekomst te helpen.

Maar ja. Arbeiders werden schaars. Er kwam in de laatste decennia van de vorige eeuw een steeds grotere middenklasse. De kinderen van de arbeiders hadden gestudeerd en kregen betere banen dan hun ouders. Kregen dus ook meer te verliezen en minder te winnen dan hun ouders. De wereld werd ook groter. De Nederlandse economie was totaal afhankelijk van wat er in de rest van de wereld gebeurde. Die rest van de wereld kwam naar Nederland. Niet alleen studenten en kenniswerkers maar ook vluchtelingen. Mensen zonder kansen op de arbeidsmarkt.

De PvdA raakte zijn dubbeltjes, die nooit een kwartje zouden worden, kwijt en had geen oog voor de nieuwe kwartjes. De middenklasse werd overgelaten aan andere partijen en de PvdA ging zich richten op nieuwe dubbeltjes. Zielige mensen. Vluchtelingen, allochtonen, mensen met een uitkering. Niet dat die zielig zijn, maar zo werd er wel naar gekeken. Helpen zullen we ze. Of ze willen of niet. Er werd verzuimd een verbinding te maken met die hele grote middenklasse die best wat overheeft voor een ander. Maar die ook tegelijkertijd vindt dat je het zelf moet regelen. Dat je zelf verantwoordelijk bent voor je leven.Wat de PvdA moeilijk vindt is dingen te eisen van zwakkere groepen. Want dat is niet aardig.

Het is de PvdA nooit gelukt een goed antwoord te formuleren op de vraag hoe je solidair kunt zijn in een individualiserende wereld.

Wat is wel gebeurd?

Kok noemde het het afschudden van de ideologische veren. Het leek een meesterzet. Men sprak van het einde van de geschiedenis, het einde van de grote verhalen. De wereld zou gerund worden als een bedrijf en Nederland werd opeens de BV Nederland.

Hoe men er naast kan zitten is wel gebleken. Mensen blijven behoefte hebben aan verhalen, aan ideologie. Aan ethiek. Aan een verbindende verklaring voor alles wat gebeurt. En het is niet meer de PvdA die die verklaring kan leveren. Op links doet de SP zijn best, maar Roemer is uiteindelijk niet de man om grote groepen te binden. Op rechts is er de PVV die doorheeft dat het benoemen van een gemeenschappelijke vijand ook een verhaal is. Niet een prettig verhaal maar wel een verhaal. Een verhaal ook zonder oplossingen maar blijkbaar goed genoeg voor bijna 30% van alle stemmen.

Wat doet de PvdA intussen?

Samsom heeft zijn lot verbonden aan dit kabinet zonder er zelf in te zitten. Best bijzonder. Maar goed, hij verdedigt het met verve en dwars tegen alle peilingen in. En nu in het jaar dat de PvdA 70 wordt worden de messen geslepen. Partijgenoten liggen op de loer om hem een pootje te lichten. Te zorgen dat men in ieder geval niet als een man achter hem staat. Zoals de traditie wil roeptoetert men alles over de ander om zelf meer op te vallen.

Alsof de kiezer gek is. Alsof de potentiële PvdA-stemmer immuun is voor dit geschutter. Men wil niet anders dan een partij die staat voor wat zij zegt en niet meewaait met de bomen in het bos.

Ik denk dat de PvdA weer een ideologisch verenpak moet aantrekken dat zich richt op succesvolle mensen uit alle lagen van de samenleving. Dat zij moet stimuleren dat mensen zelf weer aan het roer staan en dat dat beloond wordt. Dat het niet beloond wordt als je niet mee wilt doen terwijl je wel kunt. Of je nu autochtoon of allochtoon bent, ingezetene of vluchteling, man of vrouw. Een nieuw soort optimisme dat iedereen iets van het bestaan kan maken en dat dat ondersteund moet worden. Een groot verhaal.

Een verhaal in plaats van bijvoorbeeld nieuwe regels of nieuwe wetgeving. Die kramp met de PvdA ook uit: alles willen vatten in wetgeving voor iedereen en alles. Het antwoord op maatschappelijke problemen is niet aangeven dat er een nieuw wetsvoorstel ligt of zo, maar het antwoord is een opvatting, een stellingname. Onvermoeibaar realistisch optimisme. Dat alles kan en mogelijk is, maar dat de mens niet van nature tot het goede geneigd is.

Het drama kan voorkomen worden.