Tags

, ,

Deze ochtend met mensen in Parijs gebeld. Hosts van mijn bedrijf, Withlocals. Ik zal uitleggen waarom.

Na onze recente start in Berlijn en München hadden we gepland eind deze maand, begin december in Parijs te starten. En toen kwam vrijdag 13 november 2015. Op Twitter zag ik een tweet over een schietpartij in Parijs en besteedde er geen aandacht aan. Toen een over een bloedbad in Parijs en ik schakelde op TV om te zien of er nieuws was. En dat was er. En hoe.

Zoveel mensen op zoveel plekken gewoon afschieten omdat je het niet eens bent met onze manier van leven. Een concert, lekker eten, borrelen op een Parijs’ terras, het is allemaal in strijd met de overtuiging van deze terroristen. En dus mag je erop losgaan. Vinden zij. Een aanval op onze wereld waar zo moeizaam de verlichting, de beschaving, de culturele diversiteit hun werk hebben gedaan. Zoveel decennia al geen grote oorlog. Groepen die min of meer vreedzaam met elkaar omgaan. Een wereld ook waar je vooral mag zeggen wat je wil en mag vinden wat je vindt. Een vrije wereld.

Het is een aanslag op onze vrije wereld.

Woedend was ik. Getroffen. Parijs, de stad die ik door en door ken. Daar. Zijn ze gek geworden?

Naast zorg en woede en nadenken over oorzaken kwam er dit weekeinde nog iets bij. Kunnen we (feestelijk) openen in Parijs met Withlocals? Mijn eerste reflex was ‘niet doen’. Maar wie ben ik om dat zo duidelijk te vinden? Ik besloot onze hosts te bellen en met hen mijn aarzeling te bespreken en te overleggen wat zij willen.

De eerste die ik aan de lijn kreeg was heel duidelijk: het leven gaat door. Vandaag is alweer min of meer normaal. We moeten gewoon doorgaan met onze manier van leven en we zijn Frans, dus gaan we door. Koppigheid, chauvinisme, doorzettingsvermogen. Ze was heel duidelijk. Als we nu stoppen met mooie dingen dan krijgen zij hun zin. Starten dus.

Daarna waren alle telefoontjes hetzelfde. Geen denken aan om te stoppen met waarmee we bezig zijn. We gaan gewoon door.

Een van de hosts woonde op tientallen meters van een van de café’s. Ze hoorde schoten en zag alles. Het was verschrikkelijk, zei zij. Het leek eeuwig door te gaan. Net zo lang tot er niemand meer leefde. Ze had op dat moment een feestje omdat zij haar eigen restaurant ging openen. Zij en haar gasten hadden alles van een kleine afstand meegemaakt. Ik vroeg haar hoe het met haar ging. ‘Ik huil de hele tijd’, was het antwoord. Ik vroeg haar of wij moesten openen in Parijs. ‘Zeker wel’ zij zei vol overtuiging. ‘We moeten door, we moeten laten zien dat onze manier van leven niet stopt. Dat we Fransen zijn die zich nooit laten tegenhouden.’

Ik had antwoord op mijn vraag. Parijs laat zich niet stoppen. Ik ben blij dit soort mensen te kennen en te kunnen bellen. Hun optimisme kon ik ook wel even gebruiken.