Een korte observatie vanuit geheel mijn eigen leven. Ieder jaar is het weer hetzelfde, als de herfst aanbreekt dan stijgt mijn energieniveau. De geuren, de kleuren, de temperatuur, alles maar dan ook echt alles zet mij aan. Ik krijg overal zin in. Alsof ik de slome warmte van de zomer afleg en de verkwikkende frisheid van de lente mijn lichaam aanzet. Ik word actiever. Ik lees meer, luister meer naar muziek, kook lekkerder, werk nog harder, sport, wandel, klets et cetera.
En het is niet alleen de natuur. Wandelen door de straten! Vroeg donker, ik ben er gek op. In het schemerlicht door de stad lopen en heel even de verlichte boekhandel binnenlopen.
Het zijn ook de dagen die gaan komen. De herfstvakantie in Carcés waar het nog volop Été Indien is en waar ik geniet van de rook in de lucht en ’s morgens de knallen van de jacht. Voor dag en dauw. En gewoon Zeist, thuis.
De andere dagen, zoals Sinterklaas, de tijd voor Kerst, Kerst zelf. Inkopen doen met de vrienden samen bij de Hanos en met topassortiment thuiskomen. Koken. De open haard. Uren lezen in mijn grote rode stoel. De Kerst, met veel mensen, gourmetten met het gezin terwijl ik niet van gourmetten hou. ’s Nachts naar de kerk en thuiskomen met champagne en zelfgebakken saucijzenbroodjes de Kerstnacht vieren. De boom.
De verjaardag van mijn jongste zoon, net na de Kerst. Middenin de vakantie en dan toch altijd iets leuks vinden om te doen. Altijd, echt altijd naar de nieuwe Star Wars-film.
Oud en nieuw, met de grote vriendengroep. Lekker eten en drinken. Flauwe spelletjes doen met elkaar.
Ik kan nog doorgaan maar dat doe ik niet. Mijn punt is duidelijk.
Ik kijk nooit uit naar het zwarte gat dat nieuwjaarsdag heet.